'Vele mannen, vrouwen en
kinderen zijn beroofd van huis en haard en van de noodzakelijkste
levensbehoeften.
'Dorpen en steden zijn
verwoest. Duizenden menschen hebben nu geen onderdak. Zij vertoeven in bosschen
en hebben letterlijk niets overgehouden dan de kleren aan hun lichaam.
'De zuidelijke provincies
hebben tot nu toe het grootste deel van de ellende, die de oorlog met zich
draagt, ondervonden.
'Als wij, bewoners van
West-Friesland, waar veel welvaart heerscht, nu eens de handen uit de mouwen
staken en hielpen. Want wij zijn bevoorrecht.'
(Uit de Medemblikker Courant van 5 september
1914, over de toestroom van honderdduizenden Belgische vluchtelingen)
12 sept 2015 – 1623
Geen opmerkingen:
Een reactie posten