Vannacht schreef ik tot
half drie aan mijn boek over tante Trien. In de belendende kamer was het
pubermeidenslaapfeestje al geruime tijd tot stilstand gekomen. Geen afleiding,
geen geluiden, geen vragen, geen antwoorden, alleen het aangenaam zachte getik
van toetsen vulde mijn werkkamer.
Schrijven is net als het
leven zelf. Je moet voortdurend keuzen maken. Wat vertel ik wel en wat niet?
Wat moet ik uitdiepen en wat hoeft alleen aangestipt te blijven? Welke persoon
voer ik wel op en wie niet?
De weg naar een boek is
allesbehalve recht. Het is raadzaam dat te beseffen voor je eraan begint.
25 april 2015 – 1494
Geen opmerkingen:
Een reactie posten