Het is begin
mei en nu pas zie ik de eerste pulletjes. Zes jonge gansjes die tussen vader en
moeder in zwemmen. Zo dicht op elkaar dat er geen veer tussen te steken is.
Geborgenheid is bij ganzen geen rekbaar begrip.
Het
zijslootje is hun voorlopig vaste verblijfplaats. Ze dobberen er rond alsof het
een exclusief domein is. Stamgasten als de groep meerkoeten zijn in geen velden
of wegen meer te bekennen.
In de
hoofdsloot bivakkeert een aalscholver.
L. kijkt verbaasd hoe hij duikt en
bovenkomt. Blijkbaar zit hier vis. De natuur is één grote kluwen van oorzaak en
gevolg.
3 mei 2013 – 808
Geen opmerkingen:
Een reactie posten