Alleen al op de titel Vijfjarenplan
(100w nr. 648) kun je een week staren.
De ik-persoon koestert de onvoorwaardelijke liefde
voor de jij-persoon. Tegelijkertijd probeert hij dat te rijmen met de ander,
die veel ambitieuzer in het leven staat.
‘Hou jij van je capaciteiten, ik van je gebreken.’
‘Hou jij van de honderd levens die je wilde leven.
Ik hou van dat ene dat is overgebleven.
‘Ik hou van wat is. Jij van wat zou.’
Er valt het nodige te overbruggen, vandaar dat
vijfjarenplan. Ten slotte zegt hij: doe maar één ding. ‘Hou jij van mij. Ik hou van
jou.’
1 dec 2012 – 655
Geen opmerkingen:
Een reactie posten