Op
de Rijksleerschool in Maastricht hadden we les in 'handenarbeid'. De benaming
voor die les was waarschijnlijk gekozen als tegenwicht tegen de hersenenarbeid
die we de rest van de week moesten verrichten. Met uitzondering uiteraard van
de spierenarbeid in het gymlokaal.
Handenarbeid
bestond uit tekenen en knutselen. De leraar was een grote, grove man met woest
rossig haar. Hij heette Haverkamp of daaromtrent. Enkele dagen per week reed
hij door de poort het schoolplein op met z'n zwarte BMW-motor. De donkerbruine
leren jas reikte tot op de enkels. Op zijn witte pothelm was André van Duin
ongetwijfeld stinkend jaloers geweest.
9 okt 2017 – 2336
Geen opmerkingen:
Een reactie posten