Wieringen
glinstert in de najaarszon. U hebt het vast al vaker gelezen, maar telkens als
ik de onbeschrijflijke schoonheid zie moet ik er weer over schrijven. Opdat we
nooit vergeten.
Het natte
gras is verslagen door de wind en slagregens. Nog één keer lijkt het zich op te
richten, voordat het door de winter tot de orde wordt geroepen.
Geen
mooiere stilte dan die na de storm. L. draaft de zee in om een mantelmeeuw op
te jagen. Zojuist moest ik haar wegtrekken bij een dode haas. Pisnijdig was ze.
Morgen probeert ze het weer. Het spel van de voorspelbaarheid.
8 nov 2013 – 983
Geen opmerkingen:
Een reactie posten