Ik was een
boterhammenkind. De warme maaltijd was een verplicht nummer. Wij gebruikten die
tussen de middag.
Meestal informeerde ik
vroegtijdig naar het menu, soms om me te verheugen maar meestal om mezelf voor
te bereiden op hetgeen ik niet lustte. Vooral sperzieboontjes, doperwten en alle
koolvarianten gingen er moeilijk in. Na tien minuten mokken verdeelde mijn
moeder wat er op m'n bord lag in tweeën, waarna ik zelf stiekem probeerde de
portie die ik mocht laten staan te vergroten.
Het menu op zondag kende
drie varianten. Kip met witte rijst en appelmoes, rosbief met sperzieboontjes
of biefstuk op brood.
19 feb 2016 – 1782
Geen opmerkingen:
Een reactie posten