Het weerzien met het
schrijvershuisje is goed. Het huisje zegt: 'Ben je daar weer? Je hebt zeker
weer wat te schrijven.' Ik zet mijn krat met boeken op de grond. 'Ook nog wat
te lezen, zie ik.'
Ik had het huisje nog niet
gesproken over tante Trien. Ik dacht, dat komt wel een keer. Als het hoog tijd
is om paginameters te maken.
Na drie dagen schrijven lees
ik de oogst hardop voor. 'Interessant hoor, die tante van jou,' zegt het
huisje. 'Maar wat is de boodschap voor nu?' Idealen, mompel ik in mezelf, de wereld
snakt weer naar idealen.
7 juni 2015 – 1526
Geen opmerkingen:
Een reactie posten