Het is
dattie het niet kon verstaan. Maar als hij had gehoord hoe hij de hemel in werd
geprezen, had hij diezelfde hemel vast links laten liggen.
Altijd
stonden de kraaloogjes gespitst en was de lach niet ver weg. Zoals op onze
trainings- en zijn vergaderavond. Biertje in de hand, meestal luisterend, want
aan weinig woorden had hij genoeg. Als het te ingewikkeld werd kon hij zomaar
roepen: ‘Als er maar genoeg geneukt wordt.’
Dan sprak niemand hem tegen.
Dan sprak niemand hem tegen.
9 mrt 2013 – 753
Geen opmerkingen:
Een reactie posten